Zowel de personenbelasting als een retributie worden door de overheid geïnd, hetzij federaal, gewestelijk, provinciaal of gemeentelijk. Maar waar zit ‘m het verschil? We geven een voorbeeld: als je geld in een parkeermeter gooit, noemt men dat een retributie. Ook het geld voor de huisvuilomhaling wordt vaak hieronder geklasseerd. We betalen dus geld aan de overheid en zij doet meteen een soort van tegenprestatie. Bij belastingen is het ongeveer hetzelfde. Want ook hier betalen we rechtstreeks aan de overheid, maar de tegenprestatie die volgt ervaren we niet meteen.
Maar zo eenvoudig is het allemaal niet. Binnen de belastingen heb je nog eens een onderverdeling; namelijk de directe en de indirecte belastingen. Directe belastingen zijn op voorhand bepaald want de overheid weet al wie die belasting moet betalen. Dit soort belasting wordt geheven als er een belastbare materie is. Voorbeelden hiervan zijn personen-, vennootschaps-, rechtspersonenbelasting en belasting van niet-inwoners. Indirecte belastingen zijn iets minder voorspelbaar omdat ze pas geheven kunnen worden als een gegeven situatie zich voordoet. Onder deze indirecte belastingen vallen onder andere de successierechten als de ouders overlijden, de BTW bij de aankoop van bijna alle goederen en de registratierechten bij de aankoop van grond.
In principe betalen alle rijksinwoners deze belasting. Dat wil samengevat zeggen: iedereen die in België woont of die vanuit België zijn besturingen doet. Met besturingen bedoelen we lidmaatschap van verenigingen, school, bankrekeningen enzovoort. Vanaf de geboorte onderwerpt de staat je aan deze belasting. Maar vanaf dan ontvang je ook onderhoudsgeld voor je kinderen en dat geld dien je niet aan te geven op je belastingbrief.
Volgens het wetboek wordt de personenbelasting berekend op het totaal netto inkomen van de belastingplichtige. Dat netto inkomen is het onroerend, roerend, divers en beroepsinkomen. De personenbelasting houdt verder wel rekening met eventuele kinderen en andere personen die de belastingplichtige ten laste heeft.
Het is normaal dat één inkomen ook maar één keer belast mag en kan worden. Toch sluipt er soms een foutje in de administratie en kan het zijn dat je juridisch dubbel belast wordt. Je mag dan een klacht neerleggen door beroep te doen op het dubbelbelastingverdrag en op die manier de teveel betaalde som terug te vorderen. Wat wel kan en mag is economisch dubbel belasten. Dat wil zeggen dat je 150€ ontvangt en daarop belasting betaalt. Maar de particulier die dit betaalde heeft niet de mogelijkheid om die 150€ als onkost in te brengen omdat hij zelf ook al belasting betaalde op hetzelfde bedrag.
Dit bericht is gepost op 19 augustus 2008 om 09:19 uur en is geplaatst in Algemeen.